Lofsalade met fruit staat hier wekelijks op tafel. Gewoon, omdat we dat allemaal lekker vinden en het ideaal is op dagen dat we in etappes eten door sportactiviteiten. Dit keer gaf ik een andere draai aan de salade. Het werd een lofsalade met bleekselderij, appel, mais, lente-ui, rozijnen en mosterddressing. Lekker, voor de verandering!
Vroeger thuis aten mijn ouders, vooral mijn moeder, graag gekookte witlof. Ik gruwelde daar dus echt van. Niet te doen. Witlof uit de oven met ham en kaas, nou ja toe maar. Maar rauwe lof: helemaal prima! Vandaar ook dat er, met dit recept meegeteld, inmiddels drie recepten voor lofsalade te vinden zijn op Pukster. Nieuwsgierig? Je vindt ze hier >>
Dit heb je nodig:
3 stronken witlof
3 stelen bleekselderij
2 grote appels
75 gram mais
klein handje rozijnen
1 lente-uitje, in ringetjes
1 eetlepel mayonaise
1 eetlepel Skyr
0,5 eetlepel grove mosterd
1 theelepel honing
sap van een halve citroen
peper en zout
Zo maak je deze lofsalade met bleekselderij, appel en mosterddressing:
1. Halveer de stronkjes lof over de lengte, verwijder de harde kern en snijd de witlof dan in reepjes.
2. Snijd de bleekselderij in boogjes.
3. Schil de appels, verwijder de klokhuizen en snijd in blokjes.
4. Doe de witlof, bleekselderij, appel, lente-ui en rozijnen in en schaal en meng even door elkaar.
5. Meng in een kommetje de mayonaise, Skyr, mosterd, honing en het citroensap door elkaar en breng op smaak met wat peper en zout.
6. Schep de dressing door de salade.
Als je wil kun je nog wat walnoten in stukjes toevoegen aan de lofsalade. Of kleine blokjes oude kaas. Allemaal lekker!